Vakinformatie
|
Opleiding
|
Maatschappelijke Zorg
|
|
Locatie
|
ALX, BBL, KJW, RSS, SLP, TBL
|
|
Crebo
|
AMGGZ 25474
BGZ 25475 BSD 25476 PBGZ 25477 PBSD 25478 TB 25479 |
|
Cohort
|
2018-2021
|
|
Schooljaar
|
2018-2019
|
|
Semester
|
1
|
Inleiding
Je gaat starten met het Skills LAB. Wat zijn skills precies? Als je in het online woordenboek zoekt, kun je lezen dat het vaardigheden, handigheidjes, bekwaamheden zijn. Kortom…. dingen die je moet kunnen uitvoeren in de praktijk.
Wat is een lab? Dat is de afkorting van het woord laboratorium. Een laboratorium is een plaats waar onderzoek plaatsvindt. Jullie gaan dus in het Skills LAB op school oefenen met hele praktische vaardigheden die je nodig hebt om straks je cliënten op een professionele manier te kunnen begeleiden.
De kennis die je nodig hebt om deze vaardigheden goed te kunnen uitvoeren wordt aangeboden in de lessen van het vak Skills PLEIN. De vaardigheden zijn zeer gevarieerd.
In de eerste drie weken maak je kennis met een cliënt die een psychiatrische achtergrond heeft. We gaan o.a. oefenen hoe we deze cliënt kunnen helpen zijn huishouden op orde te houden, denk bijvoorbeeld aan het sorteren van de was. In de drie weken daarna gaan we kijken hoe we oudere cliënten leuke activiteiten kunnen aanbieden met behulp van technologische hulpmiddelen. En daarna oefenen we met een aantal vaardigheden op het gebied van de persoonlijke verzorging. Denk bijvoorbeeld aan tanden poetsen en tiltechnieken. Onder andere in de gehandicaptenzorg zul je deze vaardigheden vaak nodig hebben.
Vanaf week 11 t/m week 17 ga je aan de slag met muzisch-agogische vaardigheden. Bij de ondersteuning van cliënten wordt er in de praktijk veel gewerkt met creatieve activiteiten. Dit noemen we muzisch-agogische activiteiten. Je kunt daarbij denken aan activiteiten op het gebied van muziek, tekenen, handvaardigheid, textiele werkvormen, audiovisuele vorming, belevingsgerichte (luisteren, ruiken, voelen, proeven), ontwikkelingsgerichte en arbeidsmatige activiteiten (er worden daarbij producten gemaakt die worden verkocht).
Als deze lessen klaar zijn, heb je deze vaardigheden waarschijnlijk nog niet helemaal onder de knie. Dat kan ook niet. Daarvoor zul je veel meer moeten oefenen. Dat ga je vanaf semester 2 in de praktijk op je stage doen. In het Skills LAB maak je dus vooral een eerste kennismaking met een aantal van de vele vaardigheden.
Plaats in de opleiding
Dit vak bouwt voort op de volgende vakken:
| Skills PLEIN
|
Dit vak bereidt de student voor op de volgende examens:
| B1-K1-W1
|
Inventariseert ondersteuningsvragen van de cliënt
|
| B1-K1-W2
|
Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging
|
| B1-K1-W3
|
Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden
|
| B1-K1-W4
|
Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding
|
| B1-K2-W1
|
Werkt aan de eigen deskundigheid
|
| B1-K2-W2
|
Werkt aan bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
|
Leerdoelen
| 1
|
De student kan kennis van ADL- en HDL-vaardigheden toepassen
|
| 2
|
De student kan kennis van hygiënische richtlijnen toepassen
|
| 3
|
De student kan kennis van gezondheid en besmetting toepassen
|
| 4
|
De student kan kennis van technologische hulpmiddelen bij ADL, HDL en Dagbesteding toepassen
|
| 5
|
De student past de kennis van protocollen toe m.b.t. gezondheid, hygiëne, veiligheid, incidentmeldingen, ARBO, milieu, kwaliteitszorg, ergonomisch en kostenbewust werken
|
| 6
|
De student kan ondersteuning bieden bij de omgang met sociale media en internet
|
| 7
|
De student kan kennis van til- en transfertechnieken toepassen
|
| 8
|
De student kan kennis van gezonde voeding toepassen
|
| 9
|
De student kan kennis van dieetleer toepassen
|
| 10
|
De student kan kennis van muziek, tekenen, handvaardigheid, textiele werkvormen, audiovisuele vorming, belevingsgerichte, ontwikkelingsgerichte en arbeidsmatige activiteiten toepassen
|
Studiebelasting
| Studiepunten
|
4
|
| Aantal lessen per week
|
3
|
| Totaal aantal SBU
|
80
|
| BOT
|
45
|
| BOA
|
4,5
|
| OU
|
30,5
|
Opbouw semester 1
Semester 1 is als volgt opgebouwd.
Na de Introweek krijg je gedurende 9 weken les in Skills LAB. Elke 3 weken staat een nieuwe, overkoepelende casus centraal.
In week 11 maak je voor jezelf een overzicht van de vaardigheden die je al hebt afgetekend en die je nog moet doen en kijk je samen met de docent naar waar je op dat moment staat en of je alle opdrachten voor het portfolio tot dan toe hebt behaald.
In week 11 tot en met week 17 vervolg je de lessen in het Skills LAB. Nu staat er elke 2 weken een nieuwe, overkoepelende casus centraal.
Aan het eind van week 17 lever je het complete portfolio Skills LAB in bij de docent. Indien het portfolio met een voldoende wordt beoordeeld, ontvang je de studiepunten voor dit vak.
In week 19 volg je de Module voorbereiding BPV.
In week 20 vindt de herkansing plaats en kun je niet afgetekende opdrachten alsnog afronden.
Toetsing
Voor het vak Skills LAB is de beoordelingsvorm een portfolio met daarin opdrachten. De opdrachten zijn gericht op het leren beheersen van een aantal praktische vaardigheden. Als je aan de criteria van de opdrachten hebt voldaan, tekent de docent de opdracht af op de aftekenlijst Skills LAB.
Aan het eind van week 17 dienen alle opdrachten uit het portfolio afgetekend te zijn. Hiermee sluit je het vak Skills LAB af en ontvang je de studiepunten voor dit vak.
In week 20 vindt de herkansing plaats en kun je niet afgetekende opdrachten alsnog afronden.
Startbewijs
Het beroepsvak Skills LAB semester 1 levert een bijdrage aan het startbewijs van de volgende werkprocessen:
| B1-K1-W1
|
Inventariseert ondersteuningsvragen van de cliënt
|
| B1-K1-W2
|
Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging
|
| B1-K1-W3
|
Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden
|
| B1-K1-W4
|
Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding
|
| B1-K2-W1
|
Werkt aan de eigen deskundigheid
|
| B1-K2-W2
|
Werkt aan bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
|
De student kan alleen dan starten met het examen van een werkproces als de student een startbewijs voor dat betreffende werkproces heeft ontvangen.
Het startbewijs per werkproces wordt afgegeven nadat de BPV-oefenopdracht van het werkproces met een voldoende is afgerond en het beroepsvak of –vakken voor dat werkproces met een voldoende is/zijn afgerond.
Beoordelingscriteria
Wanneer tekent je docent de vaardigheid af?
Vaardigheden week 2-4
- Je hebt 6 van de 8 vaardigheden geoefend.
- Opdracht handen wassen is verplicht en wordt individueel door de docent beoordeeld.
- Je beschrijft in een verslag de feedback die je hebt gekregen van je medestudenten op de 6 geoefende vaardigheden uit week 2-4.
Vaardigheden week 5-7
- Je hebt 3 van de 4 vaardigheden uitgevoerd en/of gedemonstreerd.
- Opdracht 12 doe je individueel; opdracht 9, 10 en 11 doe je samen met een medestudent.
- Je beschrijft in een verslag de feedback die je hebt gekregen van je medestudenten op de 3 geoefende vaardigheden uit week 5-7.
Vaardigheden week 8-10
- Je hebt 5 van de 7 vaardigheden geoefend.
- Je beschrijft in een verslag de feedback die je hebt gekregen van je medestudenten op de 5 geoefende vaardigheden uit week 8-10.
Vaardigheden week 11-17
- Je hebt alle opdrachten uitgevoerd
- Je werkt alleen voor opdracht 23 individueel
De verslagen worden beoordeeld aan de hand van de volgende criteria (bij bepaalde opdrachten gelden aanvullende criteria):
| Scoringsvoorschrift:
Onvoldoende Voldoende Goed |
|||||
|
|
Aantal punten |
|
|||
| Beoordelings-
criteria |
Het verslag Skills LAB
|
0
|
1 |
2 |
Feedback |
| 1
|
Is op tijd ingeleverd
|
|
|
|
|
| 2
|
Is voorzien van titel, naam, klas en naam vakdocent
|
|
|
|
|
| 3
|
Ziet er verzorgd uit
|
|
|
|
|
| 4
|
Bevat relevante informatie
|
|
|
|
|
| 5
|
Bevat voldoende informatie (uitleg, voorbeelden, enz.)
|
|
|
|
|
| 6
|
Bevat – indien van toepassing – juiste bronvermelding
|
|
|
|
|
De docent beoordeelt het verslag als voldoende als je:
- Voor criteria 1-3 een voldoende (V) scoort.
- Voor de overige criteria maximaal 1 onvoldoende (O) scoort.
Klik hier voor het beoordelingsformulier Skills LAB
Benodigde materialen
Traject Welzijn MZ totaallicentie student basis- en profieldelen 1 jaar; ThiemeMeulenhoff