Vakinformatie
Opleiding
|
Maatschappelijke Zorg
|
Locatie
|
ALX, BBL, KJW, RSS, SLP, TBL
|
Crebo
|
AMGGZ 25474
BGZ 25475 BSD 25476 PBGZ 25477 PBSD 25478 TB 25479 |
Cohort
|
2018-2021
|
Schooljaar
|
2018-2019
|
Semester
|
1
|
Inleiding
Misschien heb je al een idee met welke doelgroep je graag later zou willen werken. Dat is natuurlijk mooi! Binnen de opleiding MZ komen de belangrijkste werkvelden en de daarbij behorende doelgroepen allemaal aan bod, zodat je van alle doelgroepen kennis hebt en op deze wijze ook breed opgeleid wordt. Met deze kennis kun je ook bewust kiezen waar je stage wilt gaan lopen vanaf semester 2.
In semester 1 ga je je verdiepen in de werkvelden psychiatrie, ouderenzorg en gehandicaptenzorg. Ook besteden we aandacht aan vrouwenopvang, speciaal onderwijs en de verslavingszorg.
Plaats in de opleiding
Dit vak bouwt voort op de volgende vakken:
N.v.t.
|
Dit vak bereidt de student voor op de volgende examens:
B1-K1-W1
|
Inventariseert ondersteuningsvragen van de cliënt
|
B1-K1-W2
|
Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging
|
B1-K1-W3
|
Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden
|
B1-K1-W4
|
Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding
|
B1-K2-W1
|
Werkt aan de eigen deskundigheid
|
B1-K2-W2
|
Werkt aan bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
|
Leerdoelen
1
|
De student kan de gezondheidsrisico’s behorend bij de doelgroep beschrijven
|
2
|
De student kan de meest voorkomende leer-, opvoedings- en gedragsproblemen bij cliënten beschrijven, waaronder hechtingsproblemen en automutilatie
|
3
|
De student kan de belangrijkste aspecten van geriatrie beschrijven
|
4
|
De student kan verslavingsproblemen in relatie tot doelgroepen beschrijven
|
5
|
De student kan algemene begrippen van orthopedagogiek, psychologie, toegepaste sociologie, psychiatrie en psychopathologie beschrijven
|
6
|
De student kan ziektebeelden, beperkingen, stoornissen, aandoeningen, co morbiditeit, functioneringsproblemen en bijbehorende gezondheidsrisico’s beschrijven
|
7
|
De student kan emotionele problemen herkennen, zoals eenzaamheidsproblematiek en sociale uitsluiting
|
8
|
De student kan gedragspatronen herkennen van de meest voorkomende ziektebeelden en beperkingen
|
9
|
De student kan signalen herkennen van sociale problematiek waaronder huiselijk geweld, seksueel misbruik en kindermishandeling en onderneemt actie volgens wet- en regelgeving en het beleid/protocol van de organisatie
|
10
|
De student kan kennis van lichamelijke en psychosociale beperkingen en ontwikkelingsachterstanden toepassen
|
11
|
De student kan de belangrijkste aspecten van het werkveld psychiatrie uitleggen
|
12
|
De student kan de belangrijkste aspecten van het werkveld ouderen uitleggen
|
13
|
De student kan de belangrijkste aspecten van het werkveld licht verstandelijk gehandicapten uitleggen
|
14
|
De student kan de belangrijkste aspecten van het werkveld vrouwenopvang uitleggen
|
15
|
De student kan de belangrijkste aspecten van het werkveld speciaal basisonderwijs uitleggen
|
16
|
De student kan de belangrijkste aspecten van het werkveld verslavingszorg uitleggen
|
Studiebelasting
Studiepunten
|
3,5
|
Aantal lessen per week
|
3
|
Totaal aantal SBU
|
70
|
BOT
|
45
|
BOA
|
2,25
|
OU
|
22,75
|
Opbouw semester 1
Semester 1 is als volgt opgebouwd.
Na de Introweek krijg je gedurende 9 weken les in Doelgroepen. Elke 3 weken staat een nieuwe, overkoepelende casus centraal.
In week 11 vindt de formatieve toetsweek plaats. De toetsen die je maakt, hebben als doel om jezelf en je docenten inzicht te geven in waar je op dat moment staat. Voor deze toetsen ontvang je geen studiepunten.
In week 12 tot en met week 17 vervolg je de lessen Doelgroepen. Nu staat er elke 2 weken een nieuwe, overkoepelende casus centraal.
In week 18 vindt de toetsweek plaats. De toetsen die je maakt, hebben als doel om een vak af te sluiten. Voor deze toetsen ontvang je – als je het vak hebt behaald - studiepunten.
In week 19 volg je de Module voorbereiding BPV.
In week 20 ontvang je feedback op de gemaakte toetsen en vindt de herkansing deel 1 plaats. De herkansing deel 2 vindt plaats in week 6 van semester 2.
Toetsing
Voor het vak Doelgroepen is de beoordelingsvorm een kennistoets.
In week 11 vindt de formatieve toetsweek plaats. Voor Doelgroepen maak je een formatieve kennistoets. De toets die je maakt, heeft als doel om jezelf en je docenten inzicht te geven in waar je op dat moment staat. Voor deze toets ontvang je geen studiepunten.
In week 18 vindt de toetsweek plaats. Voor Doelgroepen maak je een kennistoets. De toets die je maakt, heeft als doel om het vak af te sluiten. Voor deze toets ontvang je – als je de toets met een voldoende hebt afgesloten - studiepunten.
In week 6 van semester 2 kun je de kennistoets herkansen.
Toetsstof
Kennistoets week 11
Alle theorie tot aan week 11. Het belangrijkste is dat je de vragen kunt beantwoorden die in de lesplanner vermeld staan.
Kennistoets week 18
Alle theorie van week 2 t/m 17. Het belangrijkste is dat je de vragen kunt beantwoorden die in de lesplanner vermeld staan.
Startbewijs
Het beroepsvak Doelgroepen semester 1 levert een bijdrage aan het startbewijs van de volgende werkprocessen:
B1-K1-W1
|
Inventariseert ondersteuningsvragen van de cliënt
|
B1-K1-W2
|
Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging
|
B1-K1-W3
|
Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden
|
B1-K1-W4
|
Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding
|
B1-K2-W1
|
Werkt aan de eigen deskundigheid
|
B1-K2-W2
|
Werkt aan bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
|
De student kan alleen dan starten met het examen van een werkproces als de student een startbewijs voor dat betreffende werkproces heeft ontvangen.
Het startbewijs per werkproces wordt afgegeven nadat de BPV-oefenopdracht van het werkproces met een voldoende is afgerond en het beroepsvak of –vakken voor dat werkproces met een voldoende is/zijn afgerond.
Benodigde materialen
Traject Welzijn MZ totaallicentie student basis- en profieldelen 1 jaar; Thieme Meulenhoff