Gespreksdoelen
Met elk soort gesprek dat je voert heb je een bedoeling. Soms is dat gewoon om de tijd door te komen of bijvoorbeeld spanning van je af te praten (je zit met je zieke huisdier in de wachtkamer bij de dierenarts). In het werk zijn de doelen van gesprekken gerichter; je wilt een cliënt beter leren kennen, je wilt informatie geven over gezonde voeding, je ondersteunt een cliënt bij lastige situaties, je moet de cliënt iets vervelends vertellen,….
Gespreksdoelen kun je onderverdelen in:
- Kennisdoelen (wat wil je dat de cliënt weet)
- Gedragsdoelen (wat wil je dat de cliënt in het vervolg doet)
- Houdingsdoelen (je wilt dat de cliënt positief tegenover dit onderwerp staat/ positieve attitude)
Oefening:
Soms ligt het accent meer op het één soms op het ander. In bepaalde situaties bereid je een gesprek goed voor, bijvoorbeeld als je een cliënt gaat vertellen dat hij binnenkort naar een andere dagbesteding gaat. Vooraf (vaak met collega’s) bedenk je wanneer, hoe en wat je gaat vertellen. Maar ook hoe de cliënt zou kunnen reageren.
- Maak 3-tallen
- Wat zouden gespreksdoelen in deze situatie kunnen zijn?
- Bespreek de doelen klassikaal.